Eindelijk is het af. Bijna een maand probeerde ik de verslagen voor het Lilianefonds te schrijven, maar steeds kwam er iets tussen. Vandaag is het op de post gegaan. Vanaf vorig jaar Augustus zijn er 12 kinderen “langs” geweest. Soms was het heel snel, d.w.z. een consult bij de oogarts en een bril bestellen, maar meestal zit ook achter zo’n “kleine actie” een heel verhaal.
Zo kwamen Haydé en Ismaël met hun moeder hier om hun ogen na te laten kijken. Ze lijden allebei aan albinisme, d.w.z. dat er geen pigment in hun huid wordt aangemaakt. Vooral met de scherpe zon van de hoogvlakte kost het hen heel veel moeite om te zien. De mensen in hun omgeving snappen er niets van. Hun vader vertelde zelfs dat sommige mensen dachten dat zijn vrouw “vreemd” was gegaan, omdat de kinderen blank zijn geboren. Toen ik hun moeder vroeg of het wel meer in de familie voorkwam, vertelde ze dat haar grootmoeder een “onecht” kind was van de hereboer, die was “gringo”, blank dus. Haydé heeft het typische gedrag van de meisjes van de “campo”, erg verlegen, zich verschuilend achter haar sjawl. Ze geeft nauwelijks antwoord als de oogarts het examen afneemt met de letterkaart. Het is niet duidelijk of ze het wel of niet ziet. De dokter schrijft voorlopig maar iets voor, vooral om haar ogen te beschermen tegen het scherpe zonlicht. Haar broertje, Ismaël, zit in groep 7. Hij is wat vrijer, maar het lukt ook hem niet om aan te geven welke letters hij wel of niet ziet. De vreemde omgeving van de stad en de oogarts doen hen volledig dicht slaan. Ze krijgen allebei een donkere bril. Of ze hem zullen gebruiken??
Een paar weken later ontmoeten we een broeder uit het dorp en hij heeft hen nog nooit met de bril gezien. Hij zal er op aandringen dat ze hem dragen. Waarschijnlijk schamen ze zich om een bril te dragen en hebben ze de gewoonte ook niet. Niemand van hun leeftijd in het dorp heeft een bril en al helemaal niet een donkere. Ze moeten over een half jaar terugkomen. Intussen proberen we hen via mensen uit hun omgeving te motiveren om toch die bril te dragen, als die mensen bij ons komen als ze in Cajamarca zijn.

Broeder Simón uit Malat, weer een ander dorp, is vorige week aangekomen om de deuren voor hun nieuwe kerk te maken, omdat hier in Cajamarca de juiste werktuigen zijn voor het houtwerk. Samen met andere broeders uit Malat, kunnen ze bij de vader van Elsy (onze hulp en rechterhand), die een timmerwerkplaats heeft, de deuren van eucalyptushout maken. Om de beurt zullen de broeders komen en Simón helpen om het houtwerk hier af te maken en het werk op het land niet te lang te laten liggen. Het zal wel een paar weken duren voordat alles af is, maar Simón gebruikt deze tijd meteen om te leren hoe met machines om te gaan. Dit jaar of het volgende wordt er electriciteit in Malat aangelegd en dan hoopt Simón een eigen timmerwerkplaats in te richten. Zijn zoons, Buster en Juan, leren in een andere werkplaats hier in Cajamarca schuren, verf mengen, meubels afwerken, enz. Over hen schreef ik de laatste keer in onze bijdrage voor het blad Z&G.
Terwijl Simón in Cajamarca werkt, moeten zijn akkers wel bijgehouden worden. Toen ik daar naar vroeg hoorde ik met verbazing dat dat helemaal geregeld was. Ze hebben in de kerk een rooster gemaakt voor het om de beurt bewerken van zijn akkers: op maandag wordt het koren gezaaid door een stel broeders en op dinsdag worden de aardappels gewied, enz. Mijn vraag/zorg was overbodig!!! We staan vooral versteld van de initiatieven die ze in de kerk van Malat aan het ontwikkelen zijn sinds ze gezamenlijk de bouw van de kerk hebben aangepakt. Vooral Simón is daarbij een sleutelfiguur. Bid alsjeblieft heel veel voor hem, want de tegenstander/vijand zit natuurlijk niet stil als het om sleutelfiguren gaat.

Over de NGO ACSICOR: Vorige week kwam er ineens een mail binnen met een geweldig bericht. Een groot project voor de rasverbetering van melkvee is door een landelijke financieringsmaatschappij geaccepteerd. Het gaat om een project waaarvan de uitvoering twee jaar zal beslaan. De begroting blijkt enigszins aan de krappe kant gemaakt te zijn, dit is meestal om meer kans te hebben op acceptatie, maar dat wringt dan later. Dus daar moet in de uitvoering rekening mee gehouden worden.
We zijn heel blij dat dit project door de “socios”(leden) van de NGO zelfstandig is gemaakt en ook door een van hen zal worden uitgevoerd. Wij zijn er wel bij betrokken, maar vooral administratief en in het monitoren. Eind februari zullen er bindende afspraken worden gemaakt tussen de betrokken partijen: de boerenorganisatie van Oxamarca, waar al eerder een project van ACSICOR is uitgevoerd over verbetering van voedsel voor het vee: hooi maken en gras inkuilen; twee gemeentebesturen; een melkfabriek en wat ondersteunende partijen zoals “onze” NGO. Voor dit hele

proces willen we graag gebed vragen, want er zijn heel erg veel haken en ogen aan het uitvoeren van zo’n project. We zien de selectie van dit project uit de 49 projecten die zijn ingediend door andere organisaties én als enige NGO in het Noorden van het land, wel als een knipoog van God.
Volgende week zijn we voor een paar dagen in Lima. Het is de jaarlijkse vergadering van de Autonome Pinkstergemeenten, de Peruaanse organisatie waar we bij aangesloten zijn en die onze visa garandeert. Het is leuk om allerlei bekenden en andere zendelingen te ontmoeten en van hen te horen hoe hun situatie is. Vaak hoor je toch ook van mensen uit eenzame gebieden hun gebrek aan hulp van buitenaf. Er is veel behoefte aan structuur, onderwijs, maar ook praktische hulp bij het organiseren van belangengroepen, die als organisatie wegen kunnen zoeken door het indienen van concrete projecten.
Tot slot: de radioprogramma’s waaraan Ger, op uitnodiging, weer aan deelneemt, schijnen goed “aan te komen”: een paar minuten na de uitzending belde iemand uit het hoog- en vergelegen dorp Piobamba op, om te vertellen dat hij ontzettend blij met het programma was. Vooral omdat, volgens hem, dit de enige manier was om de jonge mensen in de dorpen te bereiken. De programma’s worden uitgezonden door een nieuwe, zeer potente radiozender, die stap voor stap óók gaat uitzenden in andere steden en dorpen in diverse departementen (samengevoegde provincies) van Perú. Een volgende stap zal zijn: uitzendingen via Internet. Als dat door zou gaan, zouden jullie de programma’s ook in Nederland kunnen beluisteren... Mocht het zover komen, dan zullen we het jullie tijdig laten weten. Graag gebed, dat mensen via deze weg tot geloof zullen komen!